Hortus Ludi: Voorbeeld voor de toekomst



V.l.n.r. Ferry in ‘t Veld, Nina Aalbers, Piet (bewoner) & Mickaël Schoenmakers (Dura Vermeer Bouw Zuid)
 
I.s.m. Dura Vermeer Bouw Zuid
Tekst: Jadrike Boels
Fotografie: Maarten van Apeldoorn

 

Natuurinclusief, klimaatadaptief, biobased, circulair, sociaal; het nieuwbouwproject Hortus Ludi in Nijmegen is vanuit diverse oogpunten te bestempelen als een voorbeeld voor de toekomst. Erkenning volgt nu in de vorm van een nominatie voor de Nationale Houtbouwprijs 2024. Ontwikkelmanager Mickaël Schoenmakers van Dura Vermeer Bouw Zuid, architecten Ferry in ’t Veld en Nina Aalbers van Studio Architectuur MAKEN en bewoner Piet vertellen vanuit hun perspectief over het vernieuwende project.

‘Een droom die uitkomt’, zo omschrijft ontwikkelmanager Mickaël Schoenmakers de nominatie voor de landelijke houtbouwprijs voor Hortus Ludi: een vernieuwend woonconcept waarbij een circulair poortgebouw toegang biedt tot elf ruim opgezette stadsvilla’s en een gedeelde tuin.


Van een volledig houten losmaakbare constructie en klimaatadaptieve bestrating tot het verwerken van ruim honderd nestkasten in de houten gevels en het versterken van sociale structuren door de positionering van de stadvilla’s rondom een gezamenlijke tuin. “Heel gaaf dat ons geloof en inzicht van toen in toekomstgericht bouwen nu wordt beloond met een nominatie.”


Noodzakelijke transitie met meerwaarde

Dat de transitie naar houtbouw noodzakelijk is, benadrukken ook de architecten van Hortus Ludi: Ferry in ’t Veld en Nina Aalbers van Studio Architectuur MAKEN: “Het is door de hernieuwbaarheid van het materiaal en de opslag van CO2 eigenlijk de enige manier om als bouwsector aan de vanuit het Klimaatakkoord geëiste CO2-reductie te voldoen. We hebben hout nodig om te bouwen op een manier die beter is voor de aarde.”


Toch is hout veel meer dan alleen een technische oplossing voor een technisch probleem. “Door de keuze voor hout in de tenderfase, konden we optimaal ontwerpen vanuit het materiaal. Duurzaamheid en schoonheid zijn daardoor met elkaar vervlochten in dit project.” Zo leidde bijvoorbeeld de uitdaging rondom de volledig houten constructie juist tot een aantrekkelijke en creatieve indeling van de stadsvilla’s. “Vanwege de grote overspanning en de wens om de vloeren zo dun mogelijk te maken, moesten we werken met een kolomstructuur in het midden van de woningen”, legt Nina uit. Het resultaat: “De zichtbare houten draagstructuur zorgt voor een gevoel van warmte en geborgenheid in de ruime stadsvilla’s én de creatie van allerlei leuke hoekjes.”

Ook de kopers waarderen de zichtbare draagstructuur, Iedereen heeft na de oplevering het hout in zicht gehouden. “Bewoners zijn trots op hun houten huis”, vertelt Ferry. “Mensen vinden in het bouwmateriaal een verbinding met de natuur, ondanks dat ze in een stad wonen.” De architect noemt hout ‘een meerwaarde in het interieur’.

 

Leven in de Hortus

Dat hout niet alleen een goede keus is voor de aarde maar ook voor de mens, kan bewoner Piet beamen. Hij is een gelukkige bewoner van één van de houten stadsvilla’s in Nijmegen. “Het wordt vaak opgeworpen als een dilemma: heb je liever een oud huis of een nieuw huis? Maar bij een houten huis is dat geen vraag. Een houten huis is beide ineen – het is tegelijk kakelvers en aan alle kanten recht, en toch heeft het de sfeer en gemoedelijkheid van een oud huis. Vanaf de eerste dag voelden we ons meteen thuis in ons nieuwe houten huis in Nijmegen.”

Het unieke karakter van de woning, leeft bovendien met de seizoenen mee. “Ons huis leeft. Natuurlijk omdat wij erin leven, maar het heeft ook een eigen leven. In de winter, als het vriest dat het kraakt, kraakt het huis mee. Je hoort dan soms een hard knappend geluid. Het is vergelijkbaar met het geluid van een ijsvloer als je eroverheen schaatst. Zodra je dat hoort, weet je dat je veilig bent: het ijs werkt. Dat geldt ook voor het huis. Het hout is gezond en sterk: het werkt.”


Mens en natuur als uitgangspunt

Niet alleen in, maar ook op en om de stadsvilla’s draait alles om duurzaamheid. Van groene daken en wadi’s voor de geleidelijke infiltratie van overtollig regenwater tot nestkasten voor vogels en vleermuizen en een beplantingsplan dat de groei van inheemse soorten stimuleert. Het leven in de natuur was zelfs het eerste uitgangspunt voor het gehele ontwerp. Nina: “We raakten bij het eerste locatiebezoek op slag verliefd op de rustige plek tussen de volwassen bomen. Het is een soort magisch verborgen plekje in de stad dat natuur ademt. Die kwaliteit wilden we leidend maken.”


De naam Hortus Ludi, speelse omsloten tuin, werd er zelfs op gebaseerd. Het naastgelegen gebouw dat nog steeds de naam Dobbelmannklooster draagt en wordt bewoond door een woongroep, diende als inspiratie voor de positionering van de woningen. “We wilden, net als in het klooster, een gezamenlijke beschutte plek creëren voor mensen die samen zorgdragen voor hun omgeving en tegelijkertijd zorgen dat die ruimte echt natuurinclusief kon blijven. Alle bewoners komen via dezelfde deur binnen, door het gezamenlijke poortgebouw. Via de tuin bereiken ze hun woning. Door deze ruimte te maken voor ontmoetingen en gezamenlijk eigendom, versterken we het collectief.”

De houten woningen sluiten hiermee naadloos aan op de context van de omgeving. Hiervoor maakten de architecten een grondige analyse van de oude kloostergebouwen. “Ondanks dat we met biobased en hergebruikte materialen werkten, hebben we aansluiting gezocht op die cultuurhistorische context met architectonische ingrepen. Zoals op het gebied van symmetrie en ritme. En de hiërarchie in de compositie van de gevels, verhoudingen van gevelopeningen, kleurgebruik, en ornamentiek. Hortus Ludi is hiermee het bewijs dat met hout bouwen in een cultuurhistorische context gewoon kan. Sterker nog, het brengt een extra tijdslaag aan en verrijkt daarmee het verhaal van de plek.”

 

Verbinding in de buurt

Het realiseren van dure stadsvilla’s zonder eigen tuin is geen alledaagse keuze, maar wel een hele bewuste volgens ontwikkelmanager Mickaël: “Zowel de collectieve tuin als de toevoeging van een circulair gebouwd poortgebouw als hoofdentree richting de woningen, moesten bijdragen aan het creëren van een duurzame community. We wilden de goede keuzes maken voor de natuur en voor de mens.”

Immers draagt ook sociale duurzaamheid bij aan de leefbaarheid en toekomstbestendigheid van een gebied. “We waren op zoek naar kopers die net als wij in dit allesomvattende concept geloofden.” En die waren er. Maar liefst achthonderd geïnteresseerde kopers vanuit hele land voor elf woningen. “Dat we met Hortus Ludi voorzien in een behoefte mag duidelijk zijn.” Tijdens de bouw en na de oplevering ontstond er dan ook een actieve community. En dat maakt de ontwikkelmanager trots: “Het project is door de bewoners echt tot leven gekomen.”

Samenwerking

Het is duidelijk: Hortus Ludi is een groot succes. Zowel bouwtechnisch en architectonisch als op het gebied van duurzaamheid. Maar de weg naar de oplevering toe was allesbehalve makkelijk. Mickaël: “Houtbouw was voor mij een compleet nieuwe manier van bouwen. Daarom won ik tijdens het ontwikkelen onder meer kennis in bij de houtleverancier, wel acht verschillende constructeurs en een bouwfysisch bureau.”

Ook de architecten van Studio Architectuur MAKEN beschikten over de nodige houtkennis en -ervaring. Mickaël: “Ze keken verder dan alleen het ontwerp en dachten ook mee over de maakbaarheid. Vanuit intrinsieke motivatie en geloof in het belang van dit project voor de toekomst van bouwen, zette iedereen een stapje extra. Door de goede samenwerking is het gelukt alle duurzaamheidsmaatregelen die we van tevoren hadden bedacht, waar te maken.”

Ook voor de architecten was het proces allesbehalve doorsnee. “Het uitwerken van een houten gebouw vergt meer denkwerk vooraf dan bij traditionele bouwmaterialen.” Het duo ziet dit overigens niet als een nadeel: “Doordat je niet op de automatische piloot kan ontwerpen, hebben we met alle partijen samen hele bewuste stappen gezet. Je voelt het ambacht en het maatwerk terug in de woning.”

Houten toekomst

Als het aan Nina, Ferry en Mickaël ligt, is houtbouw het bouwen van de toekomst. “De uitdaging zit hem alleen nog in het prijskaartje”, aldus de ontwikkelmanager. “Maar als we allemaal in hout gaan bouwen, gaat de prijs omlaag en kunnen we het inzetten als ieder ander traditioneel bouwmateriaal.”

Overigens begrijpt het drietal dat de overstap naar hout spannend of zelfs risicovol kan aanvoelen. “Ook wij hebben onze weg moeten vinden en kennis moeten inwinnen”, geeft Mickaël toe. Met al deze lessen en het succes van Hortus Ludi is Mickaël dan ook helemaal om. “Ik kijk door een nieuwe bril naar een houten toekomst. En ik hoop dat Hortus Ludi inspireert en bewijst dat het kan. Laten we houtbouw samen tot de norm maken!”